Met mij zul je het goed hebben

De tuin

Die ene merel

We lunchen in de tuin. In de kersenboom zingt een merel. Niet zomaar een merel, maar dé merel. Hij is een bekende van ons, woont al een aantal jaren in de buurt. Hij ziet er prachtig uit. Zijn verenpak als een zwarte jas, zijn helder gele snavel, en zijn slanke postuur onderscheiden hem verder niet van andere mannetjes merels. Maar hij zingt met een special tweetonig geluidje, daar herkennen we hem aan. Of misschien is het de zoon van de zoon van de zoon van die ene merel die ooit begon met dat speciale melodietje. 


Dit is hem

Noodzaak

Als je goed kijkt zie je dat hij er vandaag een wat mottig uit ziet. Waarschijnlijk de tol die het grootbrengen van zijn kindertjes eist. Hard werken is het. Hij pikt aan de kersen. We hebben zelf nog nooit een kers van deze boom geproefd. De vogels eten ze op voor ze helemaal rijp zijn. Maar dat geeft niet, we hebben genoeg andere dingen.

Tuu tuu dada die du daduda dida dido
Ik luister naar de melodie en bedenk me dat wat ik zo mooi vind, voor de merel misschien wel noodzaak is. Om zijn territorium af te bakenen of indruk te maken op een vrouwtje. Ik stel me voor hoe het voor andere merels moet klinken. Ik weet het niet. Vast iets biologisch en verantwoords, maar ik vind het een beetje een saaie verklaring. Hij lijkt namelijk ook plezier te hebben wanneer hij op de daknok zo hard mogelijk zingt.

Eigenlijk is het anders

Veel liever denk ik dat de merel vertelt van zijn verre reizen. Hoe het voelt om je vleugels uit te slaan en de ruime wereld in te gaan. Met tegenwind te zwoegen en mee te tuimelen als het hard waait. Hoe de hemel er bij nacht uit ziet. Dat het aanleggen van een nest intensief is als een verbouwing, maar hoe trots je dan bent als de eerste eitjes erin liggen. Die je samen hebt gemaakt. Hoe mooi de turquoise kleur is van de schalen, en de bruine spikkels er op, zo aandoenlijk. Hij weet van het leed van verlies van kinderen, en hoe zwaar het is om ze op te voeden.

Misschien zegt hij wel, o jij merelvrouwtje met je mooie bruine verenpak, ik weet het, ik ben ervaren, ik kan lief en leed met je delen. Met mij zul je het goed hebben, we maken mooie kuikens. Ik zal je hapjes brengen als je broedt, en op de kinderen passen. Ik jaag alle anderen mannen weg, want ik zing mooier en ik ben sterker. Kom mijn geliefde en dans met mij.  


Leeg merel eitje (denk ik)

Druktemaker

Zo stromen mijn gedachten, ik glimlach in mijzelf. Tevreden smeer ik nog een broodje. Ik geniet van hoe mooi het is in de tuin. Het is even stil, merel is vertrokken. Even denk ik aan de eerste keer dat ik mijn lief zag, op de motor. “Met mij zul je het goed hebben”. En zo is het ook. We zijn al bijna dertig jaar samen. Dan zegt mijn lief: “Wat een druktemaker hè?”. Zo heel anders dan mijn gedachten, ik moet onbedaarlijk lachen.

En dit zijn de kleintjes

Wil je wandelen met mij als coach? Kijk dan op mijn site www.wandelcoachbedrijf.nl