Het is mij ook gebeurd. Iemand die mij iets aan deed. Een MeTootje. Ik ontmoette een (eerst anonieme) dader en ik werd het slachtoffer, van seksuele intimidatie. En een poging tot chantage.
Het was een nare ervaring, die mij heeft gevormd. Ik werd er wantrouwend door, banger voor anderen, vooral mannen. Minder onbevangen en ook in eerste instantie hulpelozer. Ik wist niet wie het was en wantrouwde iedereen die mij benaderde. Ik sliep slecht, voelde me getekend voor het leven en vies.
Bevrijding
Toch bleek het mogelijk om mezelf daarvan te bevrijden. Een cursus zelfverdediging hielp. Wat ook hielp is dat ik ontdekte wie de dader was. Een beetje zielige, eigenlijk laffe en bange jongen. “Voor jou ben ik niet bang” dacht ik. Maar toch. En hij werd niet eens gestraft. Daar was ik kwaad om.
Hoewel ik mezelf eerst vooral als onschuldig slachtoffer zag, moest ik mezelf ook als dader onder ogen zien. Niet als veroorzaker van de seksuele intimidatie, het is niet mijn schuld dat de dader deze reactie had. Maar ik had een aandeel. Ik had mijn vrijgevochten mening gegeven over iets wat (kennelijk) voor hem om represailles vroeg. In die zin was ik een speler in het verhaal, en mogelijk in zijn ogen bedreigend, waardoor hij vond dat hij iets moest doen. Zolang ik me slachtoffer voelde, bleef ik bang en gekwetst.
Het was belangrijk om mijzelf te erkennen als slachtoffer (dus niet ontkennen of negeren, ik voelde me bang en geschrokken) én als dader (niet als schuldig aan de vernedering, maar wel als trigger van zijn reactie).
Waarom ook daderschap herkennen in jezelf?
De ontsnapping is alleen mogelijk wanneer je jezelf in beide rollen kunt herkennen. Dat heeft met afweer te maken.
Herken je jezelf alleen als slachtoffer, als onschuldig lam, dan weer je de rol van dader af. Met als gevolg dat je jezelf het vermogen om je te verweren, je kracht, je vermogen om ruimte in te nemen, en (gevaarlijk, dat wil je echt niet) potentieel ook dader te zijn, ontkent. Ruimte voor een andere rol of reactie is er niet.
Herken je jezelf meer als dader, als krachtige leeuw, dan weer je de rol van slachtoffer af. Dan ontneem je jezelf het vermogen (gevaarlijk, dat wil je niet) om gevoelig en kwetsbaar te zijn, om respectvol om te gaan met verschillen. Er is geen ruimte meer voor verbinding en gevoelige relatie met anderen.
Moet ik dan van slachtoffer dader worden of andersom?
Nee juist niet. Want zodra ik een positie heb ingenomen, is het niet meer aantrekkelijk om eruit te stappen. Om uit de impasse van blijvend slachtofferschap of daderschap te komen is het nodig om beiden rollen in mij te onderzoeken. De rol van dader en de rol van slachtoffer.
Ik had iets gedaan wat de ander heeft opgevat als bedreigend aan zijn normen en waarden. Ik vond hem en zijn waarden kleingeestig en dom, te bible-belt, onvrij, dorps, ik minachtte hem en zijn opvattingen. Dat was mijn daderschap. Daarom vond hij dat ik gestraft moest worden en daarvoor gebruikte hij seksuele intimidatie.
Ik vond en vind het een ongepaste reactie, maar ik was een speler in deze situatie en net zo goed dader als hij was.
Ben ik dan altijd zelf de dader in het geval van geweld, misbruik en intimidatie? Ik denk dat er veel nuances zijn in antwoord op die vraag. In elk geval heb ik altijd deel in de interactie. Misschien is mijn daderschap onbewust. Iemand kan ‘jouw zijn’ opvatten als een daad die om reactie vraagt. De reactie van de ander op ‘jouw zijn’ kan gepast of ongepast zijn. Maar het is een reactie op jou, je bent daar met zijn tweeën.
Het vraagt (soms heel veel) inspanning om dit te kunnen zien. Het vraagt van mij om mezelf uit de identificatie met de rol te halen, en andere positie in te nemen. Ik moet de positie innemen van niet-kiezende maar meevoelende aanschouwer. Dat vraagt moed en zelf-overstijging. Maar als ik van daaruit naar de interacties schouw, dan kan ik zien wat mijn aandeel is geweest. Dan kan ik ook zien wat mij triggert, en dat er andere reacties mogelijk zijn dan wat ik deed.
Ik ben het lam en de leeuw
Zodra ik bereid bent om mezelf te herkennen, zonder veroordeling, als zowel krachtig en sterk, en als zacht en gevoelig, ontstaat er ruimte en compassie voor nieuwe opties. Ik neem verantwoordelijkheid voor mijn acties (of soms gebrek daaraan) en ik reageer op de resultaten daarvan. Dus Ik ben het lam en de leeuw. Dan merk ik dat ik niet gedefinieerd hoeft te zijn door de mij (zelf of door de ander) toebedeelde rol in die situatie, maar dat ik daar bovenuit kan stijgen. Soms doe ik en/of de ander iets dat verkeerd is. De pijn en angst en woede die daarbij komt hoef ik zeker niet te ontkennen, maar ik hoef ze niet vast te houden.
Het blijkt dat ik kan handelen, en dan kan kijken wat er gebeurt, om daarna bij te stellen. Soms moet ik sorry zeggen of mijn grens aangeven, soms kan ik beter niets doen. En ik mag steeds opnieuw beginnen.MeToo bracht dit meer dan twintig jaar geleden gebeurde incident weer in herinnering. En ik vroeg me af waarom ik daar nooit meer aan dacht. Vandaar dit stukje. Ik ben de leeuw en het lam. Toch nog de bijbel